De TOPpers van de school
Joyce: ‘Onze school heeft een brede instroom. Dat houdt in dat hier leerlingen lopen met een externe problematiek of met een interne problematiek of beide. We merkten dat daarbinnen een groep is die het cognitief goed aankan, maar in de randvoorwaardelijke sfeer (nog) niet in staat is het onderwijsaanbod te volgen. Denk aan een leerling die heel veel moeite heeft om op z’n stoel te blijven zitten. Of die totaal niet kan omgaan met uitgestelde aandacht. Voor hen bedachten we het Talent Ontwikkelings Perspectief: de TOP-klas. De TOP-klas is een tijdelijke voorziening om leerlingen die ergens over struikelen over die drempel te helpen.’
Maatwerk, maatwerk, maatwerk
‘In de TOP-klas zijn maximaal 10 leerlingen tegelijk aanwezig plus de leerkracht en de onderwijsassistent. Hier oefenen ze specifiek op hun persoonlijke aandachtspunt, maar is er ook oog voor hun talenten. Die talenten vormen het uitgangspunt voor hun terugkeer naar de reguliere VSO-klas. Is een leerling heel goed in wiskunde, dan volgt hij als eerste de reguliere wiskundelessen om de kans op succeservaringen te vergroten. Gaat dat goed, dan pakken we er een vak bij. Sommige leerlingen draaien prima mee in de reguliere klas, maar na de pauze gaat het mis. Die gaat dan alleen naar de TOP-klas ná de pauze. Of ze zijn er alleen op maandagochtend een uurtje om de week rustig te kunnen starten.’
Een veilige omgeving
‘In de TOP-klas creëren we een veilige omgeving die doet denken aan die van de basisschool. Er is slechts één leerkracht, meneer Perry, bijgestaan door één onderwijsassistent, juf Jessica. Wel blijft de mentor van de eigen groep aangehaakt om de terugkeer naar de eigen klas te vergemakkelijken. Verder heeft de TOP-klas in de school een eigen ruimte met veel licht, in een veilig aanvoelende hoek van het pand. Het is echt hun eigen plek.’
Trots met een hoofdletter T
‘Waar ik heel trots op ben, is dat we in één jaar tijd de klas al zo ver hebben kunnen doorontwikkelen. We hebben iets unieks neergezet wat werkt. Dat is het resultaat van een gezamenlijke inspanning van de directie, onze gedragswetenschapper en de kwaliteitscoördinator van Attendiz tot en met de reguliere docenten en Perry en Jessica. En we blijven ontwikkelen, evalueren, bijschaven en verbeteren. Stiekem dromen we al van nog een TOP-klas waarin we kunnen differentiëren. Dat we dat allemaal zo voelen, daar ben ik ook trots op. De TOP-klas is echt van ons allemaal.’
Wat vinden de leerlingen er zelf van?
Mijn million dollar-tip
‘Als ik een tip zou mogen geven aan andere scholen dan zou ik zeggen: haal een jongerenwerker in huis. Onze onderwijsassistente Jessica is opgeleid als jongerenwerker en dat werkt als een trein. Wij onderwijsmensen zijn heel erg geneigd om probleemgedrag te relateren aan het onderwijs. We denken aan kerndoelen, lesprogramma’s, en zeggen dingen als: ‘Dan ga je achterlopen”. Jongerenwerkers pakken het hele plaatje. Jessica wacht soms op het station op een leerling. Even zitten, kopje thee drinken, op een andere manier een praatje maken. Ze pakt daarbij ook dingen buiten school op; dat was tenslotte ooit haar werkveld als jongerenwerker. Los van de inhoud is ook haar taalgebruik anders. Zij kan dingen tegen die kinderen zeggen en die gaan dan stralen. Zouden wij als leerkracht dezelfde woorden gebruiken dan zie je ze denken: die spoort niet. Logisch, want wij zouden doen alsof, bij Jessica is het echt. Ook met ouders praat ze op een andere manier, los van het schoolse verhaal, om pas daarna de brug te slaan naar het onderwijs. Die combi is echt goud.’
